Luchtvochtigheid in huis: een uitdaging in veel opzichten

Luchtvochtigheidsgraad in huis

De aanbevolen luchtvochtigheid in een gebouw ligt tussen 30 en 50%. Dat kan eenvoudig worden gemeten met een hygrometer of een thermometer die de relatieve vochtigheidsgraad aangeeft (d.w.z. de hoeveelheid water in de lucht ten opzichte van de temperatuur). Het is niet altijd zo vanzelfsprekend om de vochtigheidsgraad binnen dit bereik te houden. Toch is het belangrijk om de kwaliteit van de binnenlucht te waarborgen.

Lage luchtvochtigheid

Omdat warme lucht meer vocht vasthoudt dan koude lucht, bestaat de kans dat de luchtvochtigheid in een ruimte die niet goed wordt verwarmd, te laag is. Dat kan een droge huid en meer stof in de kamer veroorzaken, wat dan weer allergieën, astma en andere gezondheidsproblemen kan verergeren. Als de lucht te droog is, kan dat leiden tot irritatie van de longen en keel, maar ook tot een verhoogd risico op een virale infectie.

Hoge luchtvochtigheid

Hoewel de effecten van een lage luchtvochtigheid zeker onaangenaam zijn, reiken de risico's als gevolg van een hoge luchtvochtigheid verder. Een hoge luchtvochtigheid in huis verhoogt immers de vochtigheid van bouw-, oppervlakte- en structurele materialen. Als dat materiaal vochtig wordt, vormt het een voedingsbodem voor schimmel en bacteriën. Microbiële groei kan allergieën in de hand werken en ziektes veroorzaken.

"Bovendien kunnen schimmelgroei en houtrot ook de structuur van een gebouw aantasten. Tijdens het verwarmingsseizoen dringt vochtige kamerlucht soms door tot in de gebouwschil, tenzij de dampremmende laag correct wordt aangebracht. In dat geval condenseert het vocht in de structuur. Daar veroorzaakt het microbiële groei, tast het de thermische isolatie aan en doet het het energieverbruik voor verwarming toenemen", vertelt Mikko Iivonen, Senior R&D Advisor bij Purmo Group.

Inzicht in luchtvochtigheid in huis

Om juist om te gaan met vochtigheid en de risico's die gepaard gaan met een te lage en te hoge vochtigheid te vermijden, is het belangrijk om te begrijpen hoe vocht ontstaat. Mikko Iivonen legt uit: "Enerzijds is er een kleine hoeveelheid vocht die van buiten het gebouw binnendringt via de luchttoevoer voor ventilatie. Echter, de belangrijkste bronnen van vocht zijn de bewoners en hun woonfuncties. Een gemiddeld gezin produceert ongeveer 5 tot 10 liter luchtvochtigheid per dag in de binnenlucht."

Ventilatie

Een goede ventilatie is de enige manier om overmatige luchtvochtigheid in huis te beperken. In residentiële gebouwen zorgt ventilatie er bijvoorbeeld voor dat schone buitenlucht de kamers binnenkomt en muffe, vochtige binnenlucht - voornamelijk uit badkamers en keukens - wordt afgevoerd. Bij moderne raamconstructies met een verbeterde voegdichtheid of in ruimtes zonder ramen moet extra aandacht worden besteed aan het ventileren van de kamers, eventueel met geforceerde ventilatie. Een ventilatiesnelheid van 0,35 l/s per vierkante meter vloeroppervlak wordt als voldoende beschouwd. Om dat te bereiken, moet het luchtvolume van de woning om de twee uur ververst worden. Gezien het belang van ventilatie is het niet verwonderlijk dat een ventilatieconcept tegenwoordig verplicht is bij renovaties en nieuwbouw.

Verwarmingssystemen

Ook al regelt het verwarmingssysteem de binnentemperatuur, de luchtvochtigheid in huis heeft ook een invloed op het verwarmingssysteem. Met name in natte ruimtes zoals de badkamer en de keuken kunnen stalen radiatoren alleen worden gebruikt als de toepassingsmogelijkheden en limieten in acht worden genomen, omdat een langdurige luchtvochtigheid in huis (relatieve vochtigheid > 60%) anders corrosie van het staal veroorzaakt. In die ruimtes is het beter om te kiezen voor radiatoren van bijvoorbeeld messing, koper/aluminium of roestvrij staal.

Bovendien is het belangrijk om de radiatoren buiten de spatzone te plaatsen, dus niet onder een wastafel of binnen 1,5 meter van een douche of badkuip. Als ze in de spatzone worden geïnstalleerd en er corrosie optreedt, vervalt de garantie. Soms vereisen de omstandigheden ter plaatse, zoals een beperkte ruimte, dat er toch radiatoren in de spatzone worden geïnstalleerd. In dergelijke gevallen moeten speciale maatregelen worden getroffen, zoals gegalvaniseerde oppervlakken en een geschikte beschermlaag. Als u meer informatie nodig hebt over de mogelijke te nemen maatregelen, helpt uw Radson-vertegenwoordiger u graag verder.